A. Lloyd Webber
Start Omhoog Volgende

 

Andrew Lloyd Webber

...en op een vrij moment

Deze wonderlijke componist gaf zijn eerste compositie uit op negenjarige leeftijd, nu flikkert zijn naam in neon in de grootste 

‘I Don’t Know How To Love Him’

 

Andrew Lloyd Webber werd geboren op 22 maart 1948 in de Londense wijk South Kensington. Hij komt uit een rijke en muzikale familie. 
Zijn moeder Jean Johnstone gaf pianoles. Zijn vader, de organist Bill Webber, die van zijn derde voornaam Lloyd een deel van zijn achternaam maakte, had de ambitie componist te worden. 
Lange tijd was hij docent ‘compositions and harmony’ aan het Royal London College of Music, waar hij in 1964 directeur werd. 
Tot zijn groot verdriet brak hij nooit echt door als componist. Hij was hierdoor zo teleurgesteld dat hij zijn kinderen zelfs adviseerde om toch vooral niet in de muziek te gaan. Tevergeefs, Andrew is de beroemdste hedendaagse musicalcomponist, en zijn andere zoon, Julian, is een bekend cellist.

In 1961 verliet hij op veertienjarige leeftijd het ouderlijk huis en vervolgde zijn opleiding aan de Westminster School. Kerstmis van dat jaar maakte hij zijn debuut met de show ‘Cinderella up the Beanstalk (and most everywhere else!)’. 
Een jaar later ontving hij een studiebeurs, vooral dankzij een essay over de Victoriaanse architectuur. 
Op Westminster, temidden van de veertig andere geselecteerde studenten, was hij niet de beste en ook niet de slechtste leerling. Eigenlijk was hij maar geïnteresseerd in twee vakken: geschiedenis en muziek. 
Hij maakte drie voorstellingen voor de school en verwierf in die tijd zelfs een contract bij Southern Music.

In 1964 ontving hij opnieuw een studiebeurs, dit maal voor de Magdalen College in Oxford. Niet dat hij zo graag wilde studeren, nee, de enige reden waarom de ambitieuze student naar Oxford wilde, was dat hij gehoord had dat daar de beste tekstschrijvers waren, en hij wilde songwriter worden.

Uiteindelijk kwam Andrew in 1965 in contact met de eveneens van roem dromende tekstschrijver Tim Rice, die hij weliswaar niet in Oxford, maar in Londen ontmoette. Rice bood aan teksten voor hem te schrijven. 
Andrew stopte onmiddellijk zijn opleiding, en ging weer bij zijn ouders wonen. 
Tim nam zijn intrek in een vrije kamer in het huis. Samen vervaardigden ze de musical ‘The likes of us’ over het leven van Dr. Thomas John Bernardo, die zich in de vorige eeuw inzette voor verwaarloosde kinderen. Tot een opvoering is het echter niet gekomen.

Tim hield van rock and roll, Andrew wilde musicals schrijven. Hun volgende werk was dan ook de rockmusical/oratorium ‘Joseph and the Amazing Technicolor Dreamcoat’, werd voor het eerst uitgevoerd tijdens een schoolconcert van de koorschool Colet Court in 1968. In datzelfde jaar werd het, in een uitgebreidere versie, op plaat opgenomen. Tijdens het Edinburgh Festival van 1972 beleefde de toneelbewerking ervan zijn première.

Ook toen ‘Jesus Christ Superstar’ in 1971 op Broadway op de planken kwam, waren er de jaren daarvóór al platen van verschenen, eerst een single, later een complete opname.

‘Jesus Christ Superstar’ werd 720 maal in het Mark Hellinger Theatre opgevoerd, de op het werk van P.G. Wodehouse gebaseerde musical ‘Jeeves’, waarvoor Alan Ayckbourn de tekst geschreven had, was maar 1 maand in het Londense Her Majesty’s Theatre te zien. 
Met de musicals die volgden op ‘Jesus Christ Superstar’, ‘Evita’ (1976) en ‘Cats’ (1981) veroverde Andrew Lloyd Webber een vooraanstaande plaats in de Engelse en in de Amerikaanse theaterwereld.

  Uit Cats: "Jellicle songs for Jellical Cats" (mp3)

  Uit Cats: "Memory"  (mp3)

Na ‘Joseph and the Amazing Technicolor Dreamcoat’, ‘Jesus Christ Superstar’ en ‘Evita’ was de koek van de samenwerking tussen Rice en Webber op. Lloyd Webber ging verder met tekstschrijvers als Richard Stilgoe, Don Black en Charles Hart, terwijl Tim Rice samen met Björn Ulvaeus en Benny Andersson van de Zweedse popgroep ABBA de musical ‘Chess’ schreef. Ook schreef hij de teksten voor de Disney-film ‘The Lion King’, die door Elton John op muziek werden gezet.

Andrew Lloyd Webber componeerde tijdens zijn daaropvolgende carrière ook nog ‘Variations’ in 1978 en ‘Tell Me On A Sunday’ (1979). Deze twee shows werden gecombineerd als ‘ Song and Dance’ in 1982. Zijn recentste musicals zijn ‘Sunset Boulevard’ en ‘ Whistle Down The Wind’. Die laatste kende zijn première op 12 december 1996 in The National Theatre, Washington D.C.

  

  

 

 

Zijn musical-oeuvre is niet onder 1 noemer te brengen. Zijn hoofdpersonen zijn onvergelijkbare figuren als Jezus Christus en Evita Perón. Hij dost zijn acteurs uit als katten (‘Cats’ - 1981) of laat ze op rolschaatsen over het toneel en door de, speciaal daarvoor omgebouwde, zaal suizen (‘Starlight Express’ - 1984). Hij houdt zich met verschillende vormen van seks en romantiek bezig (‘Aspects of love’ - 1989), maar haalt ook een oude toneeldraak van onder het stof te voorschijn (‘The Phantom of the Opera’ - 1986). Muzikaal bewandelt hij al evenzeer uiteenlopende wegen, waardoor zowel het rockelement als de opera-achtige aanpak in zijn werk aanwezig is.

Even gevarieerd als de werken zijn de meningen erover: Andrew Lloyd Webber wordt zowel een charlatan als een genie genoemd. Maar hoe ‘het’ publiek over hem denkt is overduidelijk: in Londen en New York, in Amsterdam en Wenen, kortom overal ter wereld, lopen de, soms ongekend lange, series drukbezochte opvoeringen van zijn musicals. In oktober 1982 was hij de eerste man ooit die zowel in Londen als in New York 3 musicals had lopen.

Dit record evenaarde hij in januari 1988, bij het onvoorstelbaar grote succes van ‘The Phantom of the Opera’ in New York. Toen kreeg hij ook de eerste ‘American Society of Composers, Authors and Publisher’s Triple Play Award’ in de geschiedenis. In 1994 lukte het hem opnieuw om zijn records van 1982 en 1988 te evenaren. Een al even indrukwekkend record vestigde hij in 1991, toen er zes musicals van hem te zien waren op West End.

Andrew Lloyd Webber heeft o.a. ook filmmuziek (voor ‘Gumshoe’ (1971) en ‘The Odessa File’ (1973)) en een ‘Requiem’ - aangepast aan de Latin Requiem Mass - op zijn naam staan. Die laatste componeerde hij voor zijn vader in 1985, en werd gezongen door zijn toenmalige vrouw Sarah Brightman en de beroemde Italiaanse tenor Placido Domingo. Kenneth MacMillan ontwierp een choreografie op dit Requiem voor een opvoering met het Americal Ballet Theatre.

Het spreekt voor zich dat een veel geëerd componist als Webber verscheidene prijzen wegkaapt.Ook in 1992 werd hij gevraagd door het Olympisch Comité om het officiële lied voor de Olympische Spelen van dat jaar, die werden gehouden in Barcelona, te schrijven. Het lied, ‘Amigos Para Siempre’ werd uitgevoerd door José Carreras en Sarah Brightman aan het begin en het eind van die Olympische Spelen. In 1978 componeerde hij al ‘Argentine Melody’ voor de BBC TV World Cup.

Op 29 januari 1996 werd ‘Cats’ de langstlopende musical in de geschiedenis. Dat gebeurde in het West End Theatre en op Broadway. Het stootte daarmee ‘A chorus Line’ van de troon. Van die musical werden 6137 voorstellingen gegeven, en ‘Cats’ zong het op dat moment gedurende 15 jaar met 6138 voorstellingen uit. Andrew Lloyd Webber produceert niet enkel zijn eigen werk. Hij verleende ook financiële steun aan werk van andere schrijvers, zoals ‘Shirley Valentine’, ‘Lend me a Tenor’, ‘La Bete’ en de revival van zijn eigen ‘Joseph and the Amazing Technicolor Dreamcoat’, die enkele jaren geleden in première ging in Londen, Canada, de Verenigde Staten en Australië, en zeer veel succes oogste. Momenteel zou hij, ondanks zware financiële problemen, aan het werken zijn aan zijn musicalversie van ‘A Star is born’.

Op privégebied ging het Andrew niet bepaald voor de wind: hij hertrouwde maar liefst 2 keer. Zijn eerste vrouw was Sarah Brightman, die hij leerde kennen tijdens 'The Phantom of the Opera'. Hij kreeg 3 kinderen: Imogen, Nicholas (waaraan hij 'Starlight Express' opdroeg) en Alastair.

 

Naar begin

 

Is er zonder uw toestemming en zonder bronvermelding gebruik gemaakt van uw teksten? Onze verontschuldigingen hierover. Laat het ons weten en wij geven een juiste bronvermelding of halen het materiaal van internet. Een financiële vergoeding kunnen wij niet geven: het Nederlandse onderwijs is een kale kip en daar valt dus niets te plukken.

 

 

Voor info: HWN 
Friday 01 February 2008 12:33:51    © HWN